10 december


Maleachi 4:1-6
(1) Want ziet, die dag komt, brandende als een oven, dan zullen alle
hoogmoedigen, en al wie goddeloosheid doet, een stoppel zijn, en de
toekomstige dag zal ze in brand zetten, zegt de HEERE der heirscharen, Die hun noch wortel, noch tak laten zal. (2) Ulieden daarentegen, die Mijn Naam vreest, zal de Zon der gerechtigheid opgaan, en er zal genezing zijn onder Zijn vleugelen; en gij zult uitgaan, en toenemen, als mestkalveren. (3) En gij zult de goddelozen vertreden; want zij zullen as worden onder de zolen uwer voeten, te dien dage, dien Ik maken zal, zegt de HEERE der heirscharen. (4) Gedenk der wet van Mozes, Mijn knecht, die Ik hen bevolen heb op Horeb aan gans Israël, der inzettingen en rechten. (5) Ziet, Ik zende ulieden den profeet Elia, eer dat die grote en die vreselijke dag des HEEREN komen zal. (6) En hij zal het hart der vaderen tot de kinderen wederbrengen, en het hart der kinderen tot hun vaderen; opdat Ik niet kome, en de aarde met den ban sla.

Ook de profeet Maleachi heeft over deze dag geprofeteerd. Want, zegt hij, die dag komt, brandende als een oven. Een oven is de plaats waarin een vuur gestookt wordt. Hoe heter de oven, hoe meer alles verbrandt. Dan blijft er niets over van alles wat erin gaat. Dat zegt Maleachi ook. Al wie hoogmoedig is, alle goddelozen, zullen in vlam gezet worden. En dan blijft er niets over, noch hun wortel, noch hun tak. Dat doet mij denken aan de oven van Nebukadnezar in Daniël 3. Daar werden drie jongelingen in de oven gegooid. Daarvoor werd de oven nog eens flink opgestookt, zodat de drie jonge mannen zeker zouden verbranden in de oven, en dat er niets van ze zou overblijven. Maar wat zag de koning tot zijn verbazing? Dat hun niets overkomen was! En toen ze uit de oven kwamen, hadden ze zelfs hun haren nog en hun kleding rook niet naar het vuur. Dat kwam omdat zij hun vertrouwen stelden op de Heere. Hij heeft hen gered. Zo zal de Heere ook degenen die Zijn Naam vrezen, verlossen uit hun benauwdheid aan het eind van de grote verdrukking. Maar voordat die dag aanbreekt, zal de Heere Elia zenden. En dat gebeurt op het moment dat de Gemeente met haar Heer verenigd wordt. Dan wordt Elia als teken gestuurd naar het volk Israël, omdat die dag des Heeren eraan komt.