08 juni


“Opdat ik CHRISTUS moge gewinnen. En in HEM gevonden worde, niet hebbende mijn rechtvaardigheid, die uit de wet is, maar die door het geloof van Christus is, namelijk de rechtvaardigheid, die uit God is door het geloof” (Filippensen 3:8b-9).
“Opdat ik Hem kenne”, zegt Paulus verder in vers 10.
In de verzen 5 en 6 van datzelfde hoofdstuk somt Paulus al zijn voortreffelijke eigenschappen op. Als Israëliet was op hem niets aan te merken. Hij was een hooggeacht man, een Hebreeër onder de Hebreeën. Hij was naar de rechtvaardigheid der wet onberispelijk. Hij bedoelt hiermede niet dat hij zonder zonden was, maar dat hij, als hij fout was geweest, precies de offers die de wet voorschreef, heeft laten volbrengen, zodat hij weer met God in het reine was.
Hij kende Gods wetten en heeft ze overpeinst, zoals God dat graag zag. Naar de mens gesproken, was dit alles voor hem grote winst. Maar, zegt hij, nu de Heer Jezus zijn Verlosser en Zaligmaker is geworden, HETGEEN mij gewin was, dat heb ik om CHRISTUS wil schade geacht. Niet alleen terzijde gezet, doch SCHADE geacht. Om Christus wil, om Hem te kennen. Het gaat hem nu alleen maar om Jezus Christus zijn Heer. Hij wil zich uitsluitend beroemen op de rechtvaardigheid door het geloof van Christus. Paulus met al zijn voortreffelijkheden telt niet meer mee. Zijn enige doel is CHRISTUS te winnen.
Ook wij bezitten naar onze mening nog zoveel goede eigenschappen waaraan wij graag vast willen houden. Zelfs zijn er vele gelovigen die nog hun best doen de Wet te houden.
Christus winnen betekent jezelf verliezen met al je goede en kwade eigenschappen. Christus winnen is niet een eigen rechtvaardigheid bezitten, maar alleen Zijn rechtvaardigheid die uit ZIJN geloof is.
Christus winnen is door Gods Geest het NIEUWE leven leven, dat Christus-leven is, waarin niets is van onszelf, van ons eigen ik, maar dat uitsluitend gericht is op Jezus Christus tot eer van God de Vader.

Lezen: Filippensen 3:4-10