In het eerste hoofdstuk van de brief aan de Hebreeën bezingt Gods Geest de grootheid en heerlijkheid van Christus Jezus, als Schepper en God. In vers 9 zegt Hij: “Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad, en ongerechtigheid gehaat; daarom heeft U, o God! Uw God gezalfd met olie der vreugde boven Uw medegenoten” (Hebreeën 1:9). In Handelingen 3:14 zegt Gods Geest bij monde van Petrus tot het volk: “Maar gij hebt den Heilige en Rechtvaardige verloochend, en hebt begeerd, dat u een man, die een doodslager was, zou geschonken worden”.
Het is een onbegrepen mysterie dat Hij, DE Rechtvaardige, Zich heeft laten vernederen tot in de dood. “Want Christus heeft ook eens voor de zonden geleden, Hij rechtvaardig voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen” (1 Petrus 3:18). Zijn leven, Zijn lijden en Zijn sterven was de openbaring van Gods gerechtigheid. Slechts Jezus Christus de Rechtvaardige kon de gerechtigheid Gods openbaren, omdat Hij zelf Gerechtigheid is. Hij heeft als volkomen Mens gerechtigheid liefgehad en ongerechtigheid gehaat en daarom kon Hij het grote werk der verlossing volbrengen en de eer van Gods Naam herstellen. Door Zijn gerechtigheid heeft Hij Gods gerechtigheid geopenbaard. Omdat Hij de Heilige, de Smetteloze is en dat ook als Mens heeft bewezen, kon Hij voor ons intreden bij God. Kon Hij de ganse schuld, de gehele zondelast op Zich nemen en God genoegdoening geven voor de smaad Hem aangedaan door de zonde. Zo heeft Christus de overheden en machten die tegen God waren, uitgetogen en in het openbaar tentoongesteld en zo over hen getriomfeerd (Kolossensen 2:15). “God heeft Hem met vreugdeolie gezalfd boven Zijn deelgenoten”, of zoals Éfeze 1:20-21 zegt: “Heeft Hem gezet aan Zijn rechterhand in de hemel verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, die genaamd wordt”.
In Hem zijn wij, Gods kinderen, volkomen gerechtvaardigd. In Hem kan God ons liefhebben met een eeuwige, onpeilbare liefde.
Lezen: Hebreeën 1:7-12