Lees 1 Korinthe 1:10-16
De doop
Net als bij het avondmaal geldt ook voor de doop dat het, als het goed is, een uiterlijk teken is van wat inwendig gebeurd is. Doop is zinloos als je je hart niet aan de Heer gegeven hebt. Net als bij het avondmaal is er ook rond de doop soms veel verwarring. De toepassing is vaak niet Bijbels. Op zich is dit wel logisch. Je moet je voorstellen dat de tegenstander (satan) alles in het werk stelt om ons te beletten de Heer te dienen. Als we tot geloof gekomen zijn, kan hij aan de wedergeboorte niets meer doen. Je wedergeboorte kan niet ongedaan gemaakt worden. Maar hij zal alles wat in zijn vermogen ligt doen om ons te verlammen. Hij verdraait het Woord en probeert ons een schuldgevoel aan te praten (dat is natuurlijk niet zo moeilijk). Of hij probeert een andere betekenis aan het Woord te geven, zodat we de werkelijke inhoud ervan niet zien.
Dat verdraaien van het Woord vind je onder andere terug bij de tekenen van brood en beker en de doop. In het vervolg van deze studie staan we ook stil bij de misvattingen omtrent de doop. Doop is de uitbeelding van de eenmalige algehele reiniging van de zondaar – via dood en opstanding – bij zijn persoonlijke bekering tot God.
Dat de doop zelf een betrekkelijke waarde heeft, vind je hier terug bij Paulus. Hij maakt duidelijk dat het niet om de rituele handeling gaat maar om de betekenis er van. Het is ook van geen enkel belang, bijvoorbeeld, door wie je gedoopt bent. Het gaat er om dat je door de “innerlijke doop” één bent geworden met Christus. Dat betekent het woord “dopen” ook eigenlijk! Het woord “baptizo” (doop) betekent dat je één wordt met datgene waarin je gedoopt wordt.
Zoek 1 Korinthe 12:13 ook nog maar even op. De betekenis blijkt duidelijk vanuit dit vers. Je wordt ergens mee vereenzelvigd. Op andere plaatsen gebruikt de apostel synoniemen als “één plant met” of “gemeenschap met”.