28 mei


“Blijft in deze Mijne liefde” (Johannes 15:9).
De liefde van onze Heer en Heiland is dezelfde liefde waarmee God de Vader Zijn Zoon liefheeft. “Gelijkerwijs de Vader Mij liefgehad heeft, heb ook Ik u liefgehad”, zei de Heer (Johannes 15:9). In Zijn gebed tot Zijn Vader spreekt Hij het uit: “Want Gij hebt Mij liefgehad, voor de nederwerping der wereld” (Johannes 17:24).
Het is deze wonderlijke, Goddelijke liefde van God de Vader en God de Zoon waarmee wij geliefd worden. In Jezus Christus onze Heer zijn we terechtgekomen in deze Goddelijke liefde. Wij zijn er voor altijd in opgesloten en komen er nooit meer van los. Deze wonderbare, pure liefde is niet afhankelijk van de mate van onze liefde. Wij zijn van onszelf niet eens in staat Hem lief te hebben. Het is Zijn grote genade, dat Hij ons Zijn Geest in ons hart heeft gegeven en door deze Geest Zijn liefde in ons heeft uitgestort (Romeinen 5:5). Met deze liefde kunnen wij Hem liefhebben. Blijft in Mijn liefde, zegt de Heer ook tot ons. Ook als alles tegenloopt, als het leven moeilijk is. Blijven in Zijn liefde, die zo groot is en zo waarachtig.
Op Zijn alles overtreffende liefde tot ons kunnen wij altijd en voor de volle 100% rekenen. In Zijn liefde blijven, dat is dicht bij Hem zijn, ons door Hem laten leiden. Geloven in Zijn onwankelbare, trouwe liefde. Als de Heer Jezus tot Zijn Vader bidt en over ons spreekt, zegt Hij: “Ik bid voor hen; Ik bid niet voor de wereld, maar voor degenen, die Gij Mij gegeven hebt, want zij zijn Uwe. En al het Mijne is Uwe, en het Uwe is Mijn; en Ik ben in hen verheerlijkt” (Johannes 17:9-10). In Johannes 17:23: “En hen liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt”.

Is dit niet onuitsprekelijk groot en heerlijk? Wij zijn het eigendom, het persoonlijk bezit van God de Vader en God de Zoon en voorwerp van de hoogste Goddelijke liefde! Hoe is het de moeite waard om in deze liefde te blijven en er ons in te verlustigen!

Lezen: Johannes 17:1-11