15 februari


Wij die in Jezus Christus, Gods Zoon, geloven, zijn door Gods Geest opnieuw geboren en zo kinderen van God geworden. Wij allen tezamen vormen de Gemeente van Christus Jezus. Deze Gemeente wordt in Gods Woord het Lichaam van Christus genoemd.
“Want ook wij allen zijn door één Geest tot één Lichaam gedoopt” (1 Korinthe 12:12-13).
Deze doop des Geestes vond destijds plaats op het Pinksterfeest te Jeruzalem. Toen is de Gemeente van Christus geboren en sindsdien woont Gods Geest in Zijn Gemeente.

In Johannes 17:22-23 bidt de Heer Jezus “opdat zij één zijn”. Deze wonderlijke eenheid is een resultaat van het heerlijke verlos­singswerk van onze Heer. Hij heeft zich volkomen één gemaakt met ons en in Christus Jezus zijn wij, die in Hem geloven, nu volkomen één met Hem en met elkaar. Het is een wonderbare, onverbrekelijke eenheid.

Dit heeft niets te maken met kerken, kringen of oecumene. God kent geen lidmaten van groepen of kerken. Hij kent alleen wie de Zijnen zijn, wie in Christus Jezus zijn. Het is het hechte fundament Gods met dit merk: “De Heer kent de Zijnen”, zegt Gods Geest in 2 Timotheüs 2:19.
De christelijke theologen hebben de gelovigen van elkaar gescheiden door ze onder te brengen in kerken, kringen enz. God ziet uitsluitend die wonderbare heerlijke eenheid van het Lichaam van Christus, welke gevormd wordt door nieuw geboren mensen, Zijn kinderen. Door hen, die behouden zijn geworden door Zijn Zoon Jezus Christus.
Deze eenheid is een geestelijke eenheid en kan nooit door mensen aangetast worden.

Lezen: Kolossenzen 1:17-20