29 augustus


“Doch het behaagde de HEERE Hem te verbrijzelen, HIJ heeft Hem krank gemaakt” (Jesaja 53:10).
“Deze is Mijn Zoon, mijn GELIEFDE, in Dewelken Ik Mijn welbehagen heb” (Mattheüs 3:17).
“Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft” (Johannes 3:16).

Daarom, omdat God liefde is, heeft Hij Zijn geliefde Zoon geoordeeld, heeft Hij Hem verlaten, toen Hij tot zonde gemaakt werd. Er was geen andere uitweg om het kwaad, door de zonde aangebracht, teniet te doen. Geen andere mogelijkheid om zonde, dood en satan te overwinnen. De straf die ONS de vrede aanbrengt, was op HEM, op Jezus Christus, Gods Geliefde (Jesaja 53:5). Hoe waar is het, dat Christus Jezus het bewijs van Gods oneindige liefde voor ons is (Romeinen 5:8). Hoe zouden we ooit aan Zijn liefde kunnen twijfelen? Wij, die in Christus geloven, zijn nu het voorwerp van Gods liefde geworden. Wij zijn opgesloten in die Goddelijke liefde. Daarom zegt de Heiland ook tot ons: “BLIJFT”, niet komt, maar BLIJFT in Mijn liefde. Zoals de Vader ons liefheeft, heeft ook de Heiland ons lief (Johannes 15:9). Éfeze 2:4-5: “Maar God, Die rijk is in barmhartigheid door ZIJN GROTE LIEFDE, waarmede Hij ONS liefgehad heeft, ook toen wij dood waren door de misdaden, heeft ons levend gemaakt met Christus”.
Dit is het resultaat van Gods liefde in Christus voor ons. Levend gemaakt met Hem, nieuw leven ontvangen, dat eeuwigheidsleven is. Daartoe heeft God ons Zijn liefde geopenbaard, Zijn Zoon gezonden, opdat wij zouden leven dóór Hem (1 Johannes 4:9). Leven door Jezus Christus, in Zijn liefde blijven, in Zijn liefde wandelen (Éfeze 5:1).
Welk een hoge prijs moest de Goddelijke liefde betalen om ons uit louter genade te laten delen in de onnaspeurlijke liefde van God de Vader en God de Zoon!

Lezen: Éfeze 2:1-6