16 augustus


“Want hiertoe zijt gij geroepen, dewijl ook Christus voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, ….. Die, als Hij gescholden werd, niet wederschold, en als Hij leed, niet dreigde; maar gaf het over aan Dien, Die rechtvaardiglijk oordeelt” (1 Petrus 2:21-23). Hoe tegengesteld zijn deze Goddelijke principes aan die van de wereld!
Jezus Christus, de God van alle eeuwigheid, die Mens werd om de mens te verlossen, behoefde slechts één woord te spreken en elk schepsel in hemel en op aarde zou aan zijn voeten liggen. Hij schold niet terug en dreigde niet als Hij leed, doch Hij gaf alles in Gods hand. Hoe wonderlijk groot was Hij in Zijn diepe vernedering. Hij die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout, opdat wij, aan de zonden afgestorven zijnde, voor de gerechtigheid leven zouden (vers 24).
Dit is het grote doel van God met ons. Daartoe schonk Hij ons de verlossing in Christus Jezus. Opdat wij voor de gerechtigheid zouden leven. Dit is mogelijk omdat wij door het bloed (leven) van Christus zijn gerechtvaardigd (Romeinen 5:9). Wij zijn in Christus gestorven en in Hem opgestaan tot nieuwheid des levens en nu rechtens vrij van de zonde (Romeinen 6:4,7). Voor de gerechtigheid leven, is geloofsleven gericht op Jezus Christus, de opgestane Heer. Het is nieuw leven door gelóóf en het heeft Hèm tot doel en Hèm tot voorbeeld.
In de wereld, ook in de christelijke wereld, geldt het principe van zelfhandhaving. Nieuw leven houdt in: “Onszelf volkomen verliezen in Christus, de Heer. Onze ego van de troon en Hij op de troon. Niet onszelf handhaven, doch alles overgeven aan Hem, onze God en Vader die rechtvaardig oordeelt. Zulk leven, dat geheel indruist tegen onze menselijke natuur, wil God in ons bewerken door Zijn Heilige Geest”. “Want hiertoe zijt gij geroepen”.
Welk een verheven roeping is ons deel. Door geloof ons op Hem als ons voorbeeld te richten!

Lezen: 1 Petrus 2:21-24