03 januari


Hebreën 1:1
God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten, heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon;

God spreekt
Onze God is een God die spreekt. En waarom spreekt Hij? Hij spreekt omdat Hij Zijn aard, Zijn gedachten, Zijn wil en Zijn plannen tot uitdrukking wil brengen. Kortom, Hij wil Zichzelf kenbaar maken aan jou en mij. Hij legt Zijn werk van verleden en heden uit; Hij kondigt Zijn toekomstige daden aan en Zijn uiteindelijke overwinning.

Onze God blijft niet stom, zoals de afgoden van zowel de oude als de moderne heidenen. (1 Korinthe 12:2) Een afgod spreekt niet. Een afgod antwoordt niet en hij redt ook niet! Dit is het kenmerkende van de valse god. Je moet in dit geval 1 Koningen 18:26-29 maar eens lezen. Daar lezen we dat de profeten van Baäl de naam van Baäl aanroepen en dan staat er twee keer “maar er was geen stem en geen antwoorder”.

Onze God heeft niets gemeen met de koude en afwezige goden van de filosofen en heidenen. Onze God heeft in Jezus Christus laten zien dat Hij niet onverschillig, kwaadwillend of krachteloos bleef zwijgen, aangezien het in Zijn aard ligt om Zich uit te drukken. Maar onze God is een sprekende God! Niet via briefjes rechtstreeks of via anderen uit de hemel, maar door Zijn Zoon Jezus Christus.

Laat ik daarom altijd afgestemd zijn op de Heere Jezus Christus, want ik mocht “de stem van de Heere” eens verwarren met een stem uit de diepte van mijn eigen hart en Hem wellicht te schande maken door de indruk te wekken alsof de Heiland achteraf iets anders bedoeld heeft, dan dat Hij gesproken heeft.