11 april


Het Nieuwe Verbond is de vervulling van het Oude Verbond en daarmee is het Oude Verbond voorbij. Zolang dus het Oude Verbond er nog was, kon het Nieuwe Verbond gewoon niet aanbreken, dat wil zeggen: het Oude Verbond moest eerst vervuld/beëindigd worden, om zo de weg voor het Nieuwe Verbond vrij te maken. Het wachten was op de beëindiging van het oude gebod, omdat het zwak en niet profijtelijk was. Het voorzag wel in vergeving van zonden, maar niet definitief.

Hebreeën 7:18
Want de vernietiging van het voorgaande gebod geschiedt om deszelfs zwakheids en onprofijtelijkheids wil.

Het oude moest dus plaats maken voor iets beters. Het Nieuwe Verbond is ook niet zwak en niet profijtelijk, maar het is sterk, het is eeuwig, het is onvergankelijk!

De wet/het Oude Verbond was volgens Hebreeën 7:19 de aanleiding tot een betere hoop, namelijk het Nieuwe Verbond. En door het Nieuwe Verbond kunnen wij vrijmoedig tot God naderen (genaken) en onze Heere Jezus is de garantie, de borg, daarvoor.

Hebreeën 7:22
Van een zoveel beter verbond is Jezus Borg geworden.

Toen de Heere Jezus Hogepriester werd (bij de opstanding), kwam de overschakeling van het Oude naar het Nieuwe Verbond. Wat een groot voorrecht dat wij de Heere Jezus hebben mogen leren kennen als onze Hogepriester, Die voor ons bidt, zorgt en pleit!